Anny Wuyts
Anny Wuyts
General Manager
03/05/2022
Om beter zicht te krijgen op het mediagebruik in Vlaanderen bundelt de Vlaamse mediasector de krachten en investeert het samen met de Vlaamse Regering in een nieuw crossmediaal meetsysteem. Het CrossMediaal Consortium (kortweg XMC) stelt een nieuw en uniek meetinstrument voor dat mediagebruik niet langer per medium onderzoekt, maar inzet op crosschannel mediagedrag.

Waarom een nieuw meetsysteem? 

Het medialandschap verandert snel: content wordt vaker online geconsumeerd, over verschillende platformen heen. Momenteel wordt media-onderzoek opgezet per medium. Bijvoorbeeld: het CIM tv-panel meet hoeveel mensen naar Thuis kijken. De digitale CIM-Internetmeting meet hoeveel keer hetzelfde publiek naar videofragmenten van hetzelfde programma op VRT NU kijken. Facebook meet hoeveel keer Thuis-fans hun favoriete Thuis-fragmenten delen op Facebook. Al deze studies hanteren verschillende methodes en ondervragen verschillende mensen. Dat maakt het onmogelijk om resultaten te vergelijken en een totaalbeeld te krijgen op de impact van content. Die lacune heeft een negatieve impact op het algemene concurrentievermogen (en het verdienmodel) van de mediasector.

Hoe werkt de nieuwe meting?

De nieuwe crossmediale meting zal bij dezelfde mensen, in één panel en met éénzelfde methode media journeys in kaart brengen. Door data te combineren van lineaire mediakanalen, sociale media, mediawebsites, video, sites en socials wordt crossmediaal gedrag in kaart gebracht. Het project wordt gedragen door het consortium XMC, wat staat voor CrossMediaal Consortium. De XMC-meting staat naast de bestaande CIM-studies en zal de CIM-currencies niet vervangen. Het XMC bestaat uit tien partijen: VRT, Var, Ads & Data, DPG Media, Mediafin, Mediahuis, Niet-openbare regionale televisievereniging Vlaanderen (NORTV), Roularta Media Group, SBS Belgium en WE MEDIA. Het XMC heeft een focus op Vlaanderen.

Het project wordt nu aangemeld bij de Europese Commissie. Zij gaan dit dossier grondig bestuderen en evalueren. Als er groen licht komt, is het de bedoeling dat het project volgend jaar van start gaat.

Wat zijn de voordelen?

Voor de consument zal de media-ervaring gevoelig verbeteren. Content zal beter verdeeld en gevonden worden, advertenties worden gecontroleerder, relevanter en dus minder storend. Mediahuizen en adverteerders zullen dankzij de nieuwe inzichten betere strategische keuzes kunnen maken. Daarnaast biedt de nieuwe meetmethode extra waardevolle data. Zo zullen we bijvoorbeeld voortaan weten welke streamingplatformen gebruikt worden, iets wat het klassieke kijkcijferonderzoek niet opneemt.

Radiocijfers zullen snel en per minuut beschikbaar zijn, wat het voor programmamakers mogelijk maakt elk onderdeel meteen te evalueren. Totaalbereiken van events zullen in kaart worden gebracht: mensen die het bv het WK-voetbal buitenshuis volgen zullen mee geregistreerd worden bij het kijkbuis-bereik. Journalisten van geschreven pers zullen inzichten krijgen over wie waar, wanneer welke info consumeert en dus beter zicht krijgen over welke formats het meest geschikt blijken voor welke content.

Vlaams minister van Media, Benjamin Dalle: “Dit project is een echte gamechanger voor de Vlaamse mediagroepen. Het biedt een krachtig antwoord op de steeds dominantere positie van grote internationale spelers in onze mediasector. Het is een heel sterk signaal dat de mediaspelers hiervoor de krachten bundelen zodat de Vlaamse consument van actuele, relevante content kan blijven genieten. Alleen door samen te werken kunnen we de mediasector ook bij ons relevant en financieel leefbaar houden. Dit is relance pur sang: de coronacrisis heeft nog maar eens aangetoond dat de huidige verdienmodellen onder druk staan. Deze uitdaging buigen we om tot een opportuniteit. We hopen op snel groen licht van Europa zodat we van start kunnen gaan.”